Hoe beweging de taalontwikkeling bevordert
10 juni 2025 

Hoe beweging de taalontwikkeling bevordert

Hoe beweging de taalontwikkeling bevordert

Het is bekend hoe belangrijk voldoende beweging is voor de fysieke gezondheid van kinderen. Rennen, springen, klimmen: het hoort allemaal bij opgroeien en ontdekken. Maar wist je dat beweging óók een grote rol speelt in de taalontwikkeling van je kind? Als logopedist zetten wij bewegend leren steeds vaker in, omdat we zien hoe taal en motoriek met elkaar verweven zijn. Beweging helpt kinderen niet alleen om je lichaam te leren kennen, maar ook om woorden, zinnen en communicatievaardigheden te ontwikkelen.

In deze blog lees je hoe beweging en taal samenhangen, en hoe je als ouder op een speelse manier beweging kunt gebruiken om de taalvaardigheid van je kind te stimuleren.

Beweging en taal: hoe zit dat?

De hersengebieden die betrokken zijn bij motoriek overlappen deels met de gebieden die verantwoordelijk zijn voor taal. Taalactiviteiten koppelen aan beweging zorgt dat zowel de motorische gebieden als de talige gebieden in de hersenen worden geactiveerd. Door deze samenwerking ontstaan er sterke verbindingen. Dit kan resulteren in het sneller inslijpen van de informatie. Vooral bij jonge kinderen, bij wie de hersenen nog volop in ontwikkeling zijn, versterken taal en beweging elkaar. Wanneer een kind iets doet, denk aan springen of een bal gooien, wordt er naast motorische informatie ook talige informatie verwerkt. Welke kleur de bal heeft, hoe de handeling heet, naar wie je gooit. Dit verwerken de hersenen allemaal tegelijk!

Daarnaast helpt beweging kinderen bij het ordenen van informatie. Door een fysieke activiteit worden meerdere delen van het brein geactiveerd. Dat maakt het makkelijker om taal te begrijpen, te onthouden en toe te passen. Denk bijvoorbeeld aan het oefenen van de voorzetsels: boven, onder, tussen of naast. Dit leer je niet alleen uit een boek, maar vooral door het te ervaren.

Beweging ondersteunt woordenschat en zinsopbouw

Actieve spelletjes, dansen of klimmen zijn momenten waarop veel taal gebruikt kan worden. Je kunt als ouder benoemen wat je kind doet: ‘wauw, jij klimt hoog zeg!’ ‘je sprong verder dan de lantaarnpaal’ of ‘pak jij je schoenen die onder de kapstok staan?’ Door deze activiteiten en vorm van beweging te onderbouwen met taal, wordt het concreet. Een handeling krijgt een naam.

Ook zinsontwikkeling wordt gestimuleerd door actieve interactie. Tijdens bewegingsspel kun je eenvoudige instructies geven of samen korte gesprekjes voeren: ‘wie is als eerste bij de boom denk je?’ of ‘als we gaan lopen als een olifant, wat moeten we dan doen?’ Deze vragen helpen bij het oefenen van zinsstructuren en het leren van nieuwe woorden.

Pragmatiek in beweging

Bij taal gaat het niet alleen om woorden en zinnen, maar ook om het sociale aspect van taal: pragmatiek. Hoe breng je een boodschap over? Hoe vertel je begrijpelijk een instructie? Spelletjes waarbij kinderen moeten wachten op hun beurt, luisteren naar aanwijzingen of moeten overleggen, sluiten goed aan bij het ontwikkelen van deze vaardigheid. Fysieke spelvormen zoals tikkertje, verstoppertje of een estafette zijn momenten om deze sociale taalregels te oefenen. Wie begint? Hoe geef je aan dat je klaar bent? Wat gebeurt er als je verliest? Ook dit is een onderdeel van de taalontwikkeling.

Beweging door de dag heen

Taal en beweging komen niet alleen samen tijdens speelmomenten. Ook tijdens dagelijkse routines worden deze gecombineerd. Bij het aankleden kun je bijvoorbeeld benoemen: ‘De sok moet aan je voet, waar is je voet?’ Tijdens het traplopen kun je tellen of rijmen: bedenk bij elke trede een woord dat begint met de K, of tel de treden en sla af en toe eentje over. Zing samen een liedje tijdens het tafeldekken of opruimen na het spelen. Deze alledaagse bewegingsmomenten zijn waardevol voor de taalontwikkeling, juist omdat ze steeds terugkomen.

Tot slot

Beweging is dus belangrijk voor het algehele welzijn van kinderen: hun lijf én de verdere ontwikkeling. Door taal te koppelen aan fysieke activiteit, help jij jouw kind om woorden te begrijpen, zinnen te vormen en zichzelf communicatief te redden. Het mooie is: je hoeft geen apart oefenmoment te plannen! Kinderen leren het meest als ze plezier hebben, dus ga samen bewegen, dansen en rennen. Oefen klanken of huiswerk van logopedie tijdens het traplopen, koppel het gooien van de bal aan een verteltaak. Gebruik daarbij jouw woorden, jouw stem en laat de taal meegroeien in alles wat je samen beleeft!

Reactie plaatsen