De tongriem is een weefselplooi die tussen de tong en de bodem van je mond zit. Met dit stukje huid zit de tong vast aan de mondbodem. De tongriem zorgt ervoor dat de tong in het midden van de mond op zijn plaats blijft, maar dat de tong wel goed kan bewegen.
Is een te kort tongriempje altijd een probleem?
Het kan voorkomen dat een baby geboren wordt met een te korte tongriem. Dit hoeft geen problemen te veroorzaken. Maar een te kort tongriempje veroorzaakt soms wel een probleem. Zo kan de baby moeite krijgt met drinken door een te kort tongriempje en dan kan een gevolg zijn dat de baby minder goed groeit. Ook kan de baby slechter gaan drinken waardoor hij meer kans heeft op krampjes.
Wanneer kinderen leren praten kunnen er problemen ontstaan bij het leren praten als de tongriem té kort is. Het kind kan dan moeite hebben met het juist uitspreken van de klanken omdat de tong niet voldoende omhoog kan bewegen. Dit kan de verstaanbaarheid negatief beïnvloeden.
Daarnaast kan een te kort tongriempje ervoor zorgen dat je gaatjes in je tanden en kiezen krijgt. Je tong speelt namelijk een belangrijke rol bij het schoonhouden van je mond. Je tong beweegt namelijk binnenin je mond en je tong gaat langs je tanden en kiezen. Zo houdt je tong je mond schoon en zorgt je tong ervoor dat je etensresten goed door kan slikken. Maar wanneer je je tong minder goed kunt bewegen door je mond blijven deze etensresten zitten met meer kans op gaatjes tot gevolg.
Op latere leeftijd kan een te kort tongriempje problemen veroorzaken met het bespelen van blaasinstrumenten of tongzoenen.
Herkennen van een te kort tongriempje
Een te kort tongriempje is te herkennen door de tong te bekijken. Dit kan je bijvoorbeeld doen als de baby huilt en de mond open doet, dan kun je de tong bekijken. Wanneer de tong dan tijdens het huilen een soort hartjesvorm heeft dan is het goed om de tong te laten onderzoeken door een specialist.
Andere kenmerken die kunnen wijzen op een te kort tongriempje zijn:
- De baby drinkt minder maar wel vaker
- Lange voedingen
- De baby drinkt onrustig
- De baby laat de borst of fles sneller los
- Er is een klakkend geluid te horen tijdens het drinken
- De baby heeft last van darmkrampjes
- De baby spuugt vaak
- De baby komt niet voldoende aan
Klieven van het tongriempje
Het klieven van de tongriem kan gedaan worden door de kinderarts of KNO-arts. Ook doet de verloskundige met een extra opleiding dit soms.
Bij baby’s onder de 3 maanden kan het klieven snel gedaan worden. Je baby hoeft niet onder narcose en voelt bijna niks van de knip. De tongriem wordt doorgeknipt met een steriele schaar. Het hoeft niet gehecht te worden. Er wordt geadviseerd om gelijk na de knip de baby weer de borst of de fles te geven. Meestal is er gelijk verbetering te zien.
Is je baby ouder dan 3 maanden, dan gebeurd het knippen onder narcose. Er zitten nu al wat meer zenuwen en bloedvaten in de tongriem en het knippen kan nu wat meer pijn doen. Ook kan er wat meer bloedverlies zijn. Als het nodig is zullen er wat hechtingen geplaatst worden.
Je krijgt als advies mee naar huis om na iedere voeding met je vinger onder de tong van je baby te masseren. Dit voorkomt dat de tongriem weer aangroeit. Wanneer dit gebeurt kan het nodig zijn om de tongriem opnieuw te laten knippen.
Een week na de behandeling ga je voor controle naar de KNO-arts.
Of je wel of niet het tongriempje moet laten knippen daar verschillen de meningen enorm over. Lees je goed in, win medisch advies in en beslis zelf wat prettig voelt. Laat je goed voorlichten/adviseren en bespreek de voor- en nadelen. Jij neemt als ouder hierin de beslissing.